Kinderen
Weet wat je kind beweegt!
De meeste kinderen bewegen van nature veel en graag. Ze grijpen, kruipen, bouwen, hollen, schreeuwen, klimmen, voetballen en fietsen. Bewegen is van alle leeftijden, en behalve leuk en gezond vooral ook heel nuttig. Spelenderwijs oefenen kinderen hun spieren, zintuigen en motoriek. Ongemerkt leren ze zo de vaardigheden die ze de rest van hun leven nodig hebben.
Maar er zijn ook kinderen bij wie niet alles ‘vanzelf’ gaat.
Denkt u als ouder bijvoorbeeld wel eens:
- Mijn baby is wel erg onrustig
- Hij moet toch al wel gaan lopen?
- Waarom zie ik andere baby’s nooit billenschuiven?
Of, als uw kind wat ouder is:
- Wat struikelt en valt ze toch vaak
- Verbeeld ik het me nou, of heeft ze echt moeite met schrijven?
- Het is toch niet normaal dat hij zich zo slecht kan concentreren en steeds maar hoofdpijn heeft?
- Wat onhandig is ze toch, ze durft ook zo weinig!
Een kind met een motorische ontwikkelingsachterstand heeft extra zorg en aandacht nodig. Het moet harder zijn best doen en meer dan gemiddeld oefenen om bepaalde vaardigheden onder de knie te krijgen. Is dat ook met uw kind het geval? Dan kunnen u en uw kind baat hebben bij behandeling door de kinderoefentherapeut.
Onderzoek en behandeling
Net als u maken veel ouders zich wel eens zorgen om hun kind. Soms op basis van eigen observaties, soms na signalen van anderen, bijvoorbeeld de leerkracht op school. Hoe weet u of uw zorgen terecht zijn? Elk kind ontwikkelt zich op zijn eigen manier, in zijn eigen tempo. Meestal gaat dat goed, maar soms loopt een kind een achterstand op in zijn motorische ontwikkeling. Omdat er bijvoorbeeld iets mis is met een van de zintuigen, het zenuwstelsel of het bewegingsapparaat. Een kind met een motorische ontwikkelingsachterstand heeft extra zorg en aandacht nodig. Het moet harder zijn best doen en meer dan gemiddeld oefenen om bepaalde vaardigheden onder de knie te krijgen. Is dat ook met uw kind het geval? Dan kunnen u en uw kind baat hebben bij behandeling door de kinderoefentherapeut. De kinderoefentherapeut is gespecialiseerd in de (senso)motorische ontwikkeling van kinderen en jongeren van 0 tot 18 jaar, en kan u precies vertellen wat uw kind nodig heeft.
Motorisch onderzoek
Na aanmelding wordt een motorisch onderzoek afgenomen. Er wordt gekeken naar de motorische ontwikkeling van het kind, met als achtergrond de voorgeschiedenis en hulpvraag. De onderdelen van de motoriek die aan bod komen zijn evenwicht, grove motoriek, fijne motoriek, ooghand coördinatie, schrijven, lichaamsschema, ruimtelijke oriëntatie en houding. Tijdens dit onderzoek wordt een eerste indruk gekregen van het gedrag van het kind. Factoren als concentratie, impulsiviteit en faalangst worden geobserveerd. Van belang is ook de leerstrategie van het kind. Op deze manier kunnen we beoordelen wat de mogelijkheden van uw kind zijn en waar de problemen liggen. De resultaten, behandeldoelen en behandelplan worden weergegeven in een verslag en dit wordt besproken met ouders/verzorgers.
Behandeling
De kinderoefentherapeut werkt altijd op basis van een behandelplan wat alleen opgesteld kan worden nadat een motorisch onderzoek heeft plaats gevonden. Dit behandelplan gaat uit van de individuele situatie en mogelijkheden van het kind. Het richt zich vooral op de motoriek, maar houdt ook rekening met eventuele gedragsproblematiek. Gefaseerd wordt gewerkt aan spieren en evenwicht, aan de grove en aan de fijne motoriek. Het doel van de behandeling is het vergoten van de ontwikkelingsmogelijkheden van het kind in zijn eigen sociale en fysieke omgeving. Plezier in bewegen staat daarbij voorop. In vrolijke, lichte oefenruimtes en met behulp van speciaal voor hen ontworpen oefenmateriaal, leren kinderen spelenderwijs (weer) wat goed en gezond bewegen is. Met als resultaat een optimale ontwikkeling van het bewegen en het vertrouwen deze vaardigheden te kunnen gebruiken.
Verwijsindicaties
- Mijlpalen worden niet of te laat behaald
- Vertraagde neurologische ontwikkeling (problemen met evenwicht- en steunreacties)
- Evenwicht problemen (hoofd- en rompbalans en gaan zitten, kruipen, staan, fietsen en zwemmen)
- Onvoldoende motorische basisvaardigheden (springen, rennen, hinkelen, klimmen)
- Problemen met fijne motoriek en oog-hand coördinatie (grijpen, pincetgreep, schrijven, ballen)
- Spiertonus te hoog/ te laag (houdingsregulatie)
- Problemen met lichaamsschema en de tijdruimte oriëntatie(lichaamskennis, links- rechts besef, exploratie bij spelen, vormherkenning, rekenen)
- Houding en beweging zijn niet leeftijdsadequaat (coördinatie, zelfredzaamheid)
- Motoriek gecombineerd met gedrag en informatieverwerking zoals: ADHD,PDD-NOS, NLD, DCD, Dyslexie, Dyscalculie, Faalangst.